Regeling auteursexemplaren
Per bijdrage aan een Cahier worden maximaal 2 gratis auteursexemplaren opgestuurd
(per cahier komt dat opgeteld neer op 25 gratis auteursexemplaren plus 12 gratis redactie-exemplaren).
- Voorbeeld 1: heeft een bijdrage 6 auteurs, dan wordt enkel aan de eerste twee vermelde auteurs een gratis exemplaar gestuurd.
- Voorbeeld 2: heeft een bijdrage 1 auteur, dan wordt 1 exemplaar naar deze auteur opgestuurd.
Bijkomende exemplaren (gedrukt of als e-book) kunnen verkregen worden met een korting van 50%. Aanvraag via mail aan info@gompel-svacina.eu. Dit is een vrijblijvend aanbod, geen verplichting!
Auteursinstructies
Dit is een korte versie van de auteursrichtlijnen voor de Cahiers Politiestudies. De uitgebreide versie kan u steeds aanvragen via pponsaers@gmail.com. Gelieve voor vragen over opmaak en verwijzingsregels van een artikel die niet in deze samenvatting worden behandeld dus de uitgebreide auteursrichtlijnen te raadplegen.
Omvang bijdrage
- Minimum 10 A4 pagina’s (4000 woorden, 28.000 tekens spaties inclusief).
- Lettertype Times New Roman 12pt (voetnoten in Times New Roman 9).
- Interlinie 1, afstand voor/na tekst 0, witregels invoegen.
- Het ‘gemiddelde’ maximum ligt op 15 pagina’s, maar dit kan ook meer zijn.
Abstract
- Maximum 150 woorden, als samenvatting van uw bijdrage.
- Dit plaatst u rechtstreeks onder de titel, cursief.
- Zonder de titel ‘abstract’ erboven te plaatsen.
Opmaak
- Laat opmaak (tabs, pagina-eindes, etc.) zoveel mogelijk achterwege.
- De tekst en de voetnoten moeten uitgelijnd zijn.
- Een titel van een boek, artikel of wet doorheen de tekst wordt cursief weergegeven.
Titels
- Titels worden numeriek (1., 2., 2.1; 2.2.) genummerd, niet met letters (a, iv).
- Alle titels moeten aan de kantlijn staan (niet inspringen).
- Titels worden in Times New Roman 12 en vet weergegeven (ook de hoofdtitel van de bijdrage).
- Titels worden door een witregel van de tekst en van elkaar gescheiden.
- Er wordt na een titel nooit een punt geplaatst en nooit een dubbel punt.
- Er worden geen voetnoten in titels geplaatst, dit kan wel in de doorlopende tekst.
Afkortingen
- Vermijd afkortingen zoveel mogelijk, want ze belemmeren de leesbaarheid.
- Schrijf afkortingen de eerste keer voluit met afkorting tussen haakjes.
Opsommingen
- In een opsomming worden de onderdelen telkens afgesloten met puntkomma (;) en met een punt aan het einde (.).
- Het te gebruiken opsommingsteken is een ● en dit mag inspringen.
Citaten
- Een citaat wordt tussen dubbele aanhalingstekens geplaatst.
- Een citaat van meer dan 40 woorden wordt in een aparte alinea gezet.
Voetnoten
- Aanvullende informatie (verduidelijking, verwijzing naar wettekst) gebeurt in voetnoot.
- De verwijzing in de tekst naar de voetnoot gebeurt voor het laatste letterteken van de tekst, zin of zinsnede waarop ze betrekking heeft: bv. het dossier2 werd afgesloten3. Het punt volgt dus na de voetnoot, niet ervoor.
Verwijzen
Verwijzingen in de tekst
- De verwijzingen moeten in de tekst via het APA-systeem (author/date-methode) worden weergegeven (Peeters, 2008). Er wordt dus niet met verwijzingen in voetnoot of eindnoten gewerkt.
- Bij een citaat of specifieke verwijzingen wordt de exacte pagina of het hoofdstuk toegevoegd aan de verwijzing: (Ponsaers, 2008, p.56) of (Ponsaers, 2008, H.3).
- Een verwijzing met twee auteurs: (Van Galen & Hogenaar, 1994).
- Een verwijzing met meer dan twee auteurs: eerste vermelding (Zimmerman, Brown, Evans & Cohen, 1987) en volgende vermeldingen (Zimmerman et al., 1987).
- Werken van dezelfde auteur(s) worden chronologisch vermeld.
- Werken van verschillende auteurs worden alfabetisch gerangschikt.
- Meerdere publicaties van dezelfde auteur uit hetzelfde jaar, worden met kleine letters (2000a, 2000b) aangeduid, ook in de bibliografie.
- Bij 6 of meer auteurs is dit steeds in korte versie (Brown et al., 1985).
Bibliografie
Achteraan wordt een volledige literatuurlijst opgenomen onder de titel ‘Bibliografie’. In deze lijst moeten de referenties alfabetisch gerangschikt worden op eerste auteur. Let op: auteursnamen in kleine letters, niet in hoofdletters. Enkele voorbeelden voor correcte verwijzing:
Boeken
Vandeputte, R. (1986). Verbintenissen en overeenkomsten in kort bestek. Antwerpen: Kluwer Rechtswetenschappen.
Tijdschriften
Raaymakers, Q.W., Van Hoof J.T.C, & Ter Bogt, T.F.M. (2001). Intolerantie; typerend voor jongeren? Justitiële Verkenningen, 1, 49-61.
Verzamelwerk
Taeymans, M. (Ed.), (2003). Defederalisering van Justitie, Brussel, Larcier.
Bijdrage in verzamelwerk
Ponsaers, P. (2000). Lokeren, criminaliteit en onveiligheid: is er reden tot paniek? In R. Lippens (Ed.), Voorbij de nuloptie, Beschouwingen over nultolerantie en lokale (on)veiligheid (pp. 38-53). Brussel: Imavo vzw.
Aanlevering kopij
Eerste versie van uw tekst (voor review):
Aan wie bezorgen?
- de gasteditor die u heeft aangezocht,
- algemeen editor Paul Ponsaers (pponsaers@gmail.com)
Wat bezorgen?
- de abstract van uw tekst (150 woorden),
- uw tekst, geanonimiseerd;
- de ingevulde auteursfiche; die kunt u hier terugvinden.
Definitieve versie van uw tekst (na herwerking):
Aan wie bezorgen?
- algemeen editor Paul Ponsaers (pponsaers@gmail.com)
Wat bezorgen?
- uw definitieve tekst, niet geanonimiseerd. Teken uw bijdrage door uw naam (voornaam en achternaam voluit) onder de titel te plaatsen, met achter uw naam voetnoot 1, waarin u uw huidige functie vermeldt in Times New Roman 10;
- de tekst in overeenstemming met de auteursrichtlijnen.
Belangrijk:
Geef, bij indienen van uw eindversie (dus na review) van uw bijdrage, steeds:
– De juiste auteursvolgorde (ingeval meerdere auteurs);
– Alle correcte gegevens die bij uw naam moeten verschijnen (minimaal naam, functie, departement of instelling). Indien u dit niet doet, kan geen informatie bij uw auteursnaam worden opgenomen);
door aan de editorial board die in voetnoot 1 bij uw naam moeten verschijnen (naam, functie, departement of instelling).